Stap 1: leerlingen schrijven op wat ze zien (in stilte voor zichzelf) en delen dit later met hun maatje
Stap 2: leerlingen schrijven op wat ze denken dat het te betekenen heeft (in stilte voor zichzelf) en delen dit later met hun maatje
Stap 3: leerlingen schrijven op waar ze verbaasd over zijn of welke vragen ze hebben aan... (misschien de koe in het weiland)
Ik heb de werkvorm een heel aantal keer gedaan en de uitkomsten zijn steeds zo anders dan je verwacht! Het denken van leerlingen behelst blijkbaar toch meer dan men in eerste instantie zou verwachten. We kijken immers allemaal naar hetzelfde plaatje en toch zien, denken en verbazen we ons over andere zaken. De werkvorm heet See-Think-Wonder.
En dan nu het plaatje dat ik gekozen heb:

Of eigenlijk mijn twee jongens (4 en 6 jaar oud). De oudste wilde eerst tot in detail weten waarom ik hem de vraag stelde. Toen ik uiteindelijk toegaf dat het met onderwijs te maken had koos hij voor het schriftje. De ander koos zonder blikken of blozen voor de treinrails 'want treinen zijn snel!' Mijn vrouw koos de wortel en de jongste was HelloKitty kleurplaten aan het inkleuren. Ik vond het argument van de treinen het beste...
Kinderen zijn ook snel, iets specifieker, plusleerlingen zijn snel met het uitvoeren van schoolse taken. Of; sommige kinderen hebben mazzel dat de taken die wij ze laten doen nu eenmaal heel goed bij ze passen. Sommige kinderen denken dat ze een stoptrein zijn, maar blijken eigenlijk een intercity te zijn. Andersom gebeurt ook wel eens. Sommige leerkrachten geven kinderen het gevoel dat ze een stoptrein zijn, en kinderen gaan zich dan zo gedragen. Stoptreinen moeten soms wachten op sneltreinen, en andersom. Sommige treinen volgen gewoon het schema, andere gaan heftig protesteren als ze weer een rondje om de kerk moeten.
De omstandigheden maken of treinen lopen als een trein. Er zijn genoeg voorbeelden waar de omstandigheden niet op orde waren en de treinen slechts tijdelijk, of helemaal niet rijden.
Sinds ik het boek 'The beautiful Risk of Education' gelezen heb ben ik niet meer zo zeker van mijn zaak hoe ik welke omstandigheden moet creeeren. Nu ik het boek 'Visible learning for Teachers' aan het lezen ben worden mij allerlei wetenschappelijk bewezen omstandigheden aangereikt.
In het geval van de trein zijn er behoorlijk wat voorwaarden waar aan voldaan moet worden. Veelal technische specificaties, daarnaast een handvol mensen die invloed hebben op de trein. We kunnen in het geval van de trein alle voorwaarden volledig inrichten zoals wij dat willen, en dan toch gaat het nog helemaal fout.
Bij leerlingen zit het nog complexer. Je hebt totaal geen invloed op de motor van de trein, de rails waar de trein over moet rijden, de bovenleiding, de wissels, de stations en ga zo maar door. Je hebt wel invloed op de hoeveelheid passagiers die in de trein stappen (input van de leerkracht), maar niet op de zwartrijders (afleidingen voor de leerling). Je hebt invloed op het rooster van de trein, de tussenstation en de eindbestemming. Echter geldt dat iedere trein (leerling) met andere specificaties het spoor op gaat. Hoe kun je als leerkracht in hemelsnaam al die treintjes op de juiste snelheid met de juiste stations bij de juiste eindbestemming krijgen. En zonder dat de treinen op elkaar botsen! Bovendien hebben al deze treinen een eigen mening en persoonlijkheid, ze hebben ook iets te zeggen en te melden!
En daar moeten wij als leerkrachten meer gebruik van maken!
De prachtige boodschap in 'The Beautiful Risk of Education' is het omarmen van het risico dat onderwijs met zich meebrengt. De onzekerheid die je niet moet willen controleren, maar die je moet gebruiken om het onderwijs te versterken. Hoe mooi is de boodschap van Hattie dat een omgeving creeeren waarin het maken van fouten wordt geaccepteerd en juist een voorwaarde is om te kunnen leren vanwege de challenge die de taak blijkbaar met zich meebracht en de omgeving die de leerkracht neerzette waardoor de leerling de fout kan en mag maken, een groot effect op het leren van kinderen heeft.
In het geval van treinen kan je een zeer groot deel van de risico's vooraf afdekken, en toch gaat het zo vaak mis.
In het geval van kinderen bestaat maar een zekerheid, onzekerheid. Dat moet je als leerkracht accepteren en gebruiken. Op dit moment sla ik de grootste slag die ik kan maken met kinderen, het opbouwen van een sterke band met de leerlingen. Ik heb gesprekken waarin ik verklaar dat ik het juist oneerlijk van mezelf zou vinden als ik alle leerlingen hetzelfde behandel. Ik maak gezamenlijk met de leerlingen de regels en afspraken, zodat iedereen zich in een fijne omgeving bevind (ik heb een heftige afkeer tegen 'de tien gouden schoolregels').
Op basis van vertrouwen kan ik bouwen, de emotionele band die je niet met treinen hebt (tenminste...), maar wel met leerlingen, is de enige zekerheid die ik wil creeeren in mijn klas. En als de trein dan ook nog op tijd is, kom ik nooit meer te laat op school...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten