Wie weet gaat het met Nederland ook deze kant op? Gaat over robots in Zuid- Korea die de Engelse les overnemen.
http://digitallife.nl/gadgets/17872-robots-geven-les-op-zuid-koreaanse-basisscholen.html
Welkom!
Welkom!
Mijn naam is Wytze Niezen en dit is mijn blog over ICT en Onderwijs. Ik werk sinds 2006 in het basisonderwijs. In datzelfde jaar ben ik afgestudeerd aan de Ipabo te Alkmaar. Mijn interesse voor ICT en onderwijs is in de jaren op de Pabo ontstaan.
ICT heeft de toekomst, daar ben ik van overtuigd. Met deze blog probeer ik de ontwikkelingen op ICT gebied voor mijzelf bij te houden. Bloggen werkt rustgevend, het zet mijn gedachten weer op een rij.
Momenteel werk ik in Singapore op de Hollandse School Limited. Een ontzettend insiperende omgeving, ook vanwege de hoeveelheid aan internationale scholen die ik kan bezoeken.
dinsdag 28 december 2010
Digitaal verhalen vertellen
Een school in Indonesie waar ze 1;1 laptops hebben. Van Apple uiteraard. En wat krijg je dan... Dit 4-jarige kindje dat een digitaal verhaal maakt over spelen. Er zit een verhaallijn en zelfs een moraal in! Ik denk dat iedereen zal zien dat dit een activiteit is waar kinderen heel, heel veel van opsteken als je dat vergelijkt met het 'ouderwetse' lesgeven;
1:1 in Practice at Sinarmas World Academy: A Digital Story from a Kindergarten Kid - he is only 4!
1:1 in Practice at Sinarmas World Academy: A Digital Story from a Kindergarten Kid - he is only 4!
Efficiënter werken
Als je het hebt over ICT en onderwijs en je wilt NU verbetering zien. Dan komen de volgende voorbeelden bij mij als eerste op:
Digitaal toetsen;
Dit kan al vanaf de kleuters! Het scheelt je een hoop nakijkwerk en de computer geeft je een analyse van de fouten, eventueel met handelingsplan. Wat wil je nog meer! Start met de CITO's en pas later je methodegebondentoetsen aan. De CITO's worden individueel gemaakt. Je lessen gaan dus gewoon door! Alleen Piet, die de rekenstof toch al beheerst, maar een of twee CITO's op de computer.
De methode gebonden toetsen, die kun je met behulp van stemkastjes laten maken. Ook daar krijg je per leerling een cijfer waarbij je van tevoren aangeeft hoeveel fouten een punt zijn of per vraag aangeeft hoeveel punten je ervoor kunt krijgen. Je geeft de leerlingen een bepaalde tijd per vraag of laat de computer wachten totdat iedereen een antwoord gegeven heeft. De simpele stemkastjes kunnen multiple choice antwoorden aan. De wat uitgebreidere hebben de mogelijkheid om open antwoorden in te voeren.
ELO:
Door met een elektronische leeromgeving (bijv. mijnklas.net) te werken ben je niet meer afhankelijk van het fysieke klaslokaal. Na schooltijd kunnen de kinderen inloggen in het digitale klaslokaal. Daar staan alle belangrijke data, de eerstkomende toetsen, de planningen van spreekbeurten en boekbesprekingen, enz. Ook kunnen leerlingen je een vraag stellen of onderling met elkaar chatten. Handig voor de leraar; je kan de chatgeschiedenis bekijken. Heb je meteen een mooie aanleiding om wat aan de mediawijsheid van de kinderen te werken. Je kan er online huiswerk laten maken wat ook weer direct wordt nagekeken en beoordeeld. De kinderen kunnen hun eigen online rapport bijhouden en jij als leerkracht ook! Werkt ook heel goed om contact met de ouders te onderhouden!
Digitale rapporten:
Momenteel voer ik al mijn cijfers in op een Excel-sheet. Vervolgens laat ik Excel al mijn gemiddelden uitrekenen. Dat scheelt me een hoop rekenwerk bij het maken van de rapporten. Gelukkig zijn we nu zo ver dat het hele rapport digitaal wordt. Dus alles invoeren en de uitprinten. Dat is een stuk sneller dan zelf rekenen en schrijven. Tenminste, als je een beetje typevaardig bent.
Leer goed typen:
Alles wordt digitaal, leer dus snel typen! Ik heb geen cursus gehad, maar door het veel te doen krijg je het toch onder de knie, al is het met de verkeerde vingers op de verkeerde toetsen.
Verder:
- Werk met wiki's
- Zet zorgleerlingen achter programma's als ambrasoft en de methodegebonden software. Deze programma's zijn zelfsturend, houden het niveau van de leerlingen bij en het werkt motiverend voor de leerlingen
- Laat zwakke schrijvers de verwerking op de computer maken. Scheelt een hoop gepuzzel om te lezen wat er staat en de leerling kom je ook wat tegemoet.
- Ook de hoogvliegers kunnen hun ei kwijt op de computer. Denk aan de honderden webkwesties, webpaden, piekerpaden, enz. Daarnaast zijn er ook websites als Acadin.nl al moet je daar wel wat meer tijd in steken. De leerlingen verdiepen en jij hebt meer tijd om de zwakke broeders te helpen.
- Alle stof die geautomatiseerd moet worden kan het beste door een computer worden gedaan. Deze programma's zijn zelfregulerend. Ook de spellingproblemen AU/ OU, EI/ IJ enz. kunnen het beste op de computer verwerkt worden.
- Maar een Yurls pagina aan met de belangrijkste websites per vakgebied. Zo zorg je er automatisch voor dat kinderen niet gaan struinen op internet maar uit een aantal websites kunnen kiezen.
- er zijn nog veel meer voorbeelden te bedenken...
Maar vergeet vooral niet; de leraar is de allerbelangrijkste schakel in het geheel! Bij hem/ haar valt of staat het onderwijs!
Digitaal toetsen;
Dit kan al vanaf de kleuters! Het scheelt je een hoop nakijkwerk en de computer geeft je een analyse van de fouten, eventueel met handelingsplan. Wat wil je nog meer! Start met de CITO's en pas later je methodegebondentoetsen aan. De CITO's worden individueel gemaakt. Je lessen gaan dus gewoon door! Alleen Piet, die de rekenstof toch al beheerst, maar een of twee CITO's op de computer.
De methode gebonden toetsen, die kun je met behulp van stemkastjes laten maken. Ook daar krijg je per leerling een cijfer waarbij je van tevoren aangeeft hoeveel fouten een punt zijn of per vraag aangeeft hoeveel punten je ervoor kunt krijgen. Je geeft de leerlingen een bepaalde tijd per vraag of laat de computer wachten totdat iedereen een antwoord gegeven heeft. De simpele stemkastjes kunnen multiple choice antwoorden aan. De wat uitgebreidere hebben de mogelijkheid om open antwoorden in te voeren.
ELO:
Door met een elektronische leeromgeving (bijv. mijnklas.net) te werken ben je niet meer afhankelijk van het fysieke klaslokaal. Na schooltijd kunnen de kinderen inloggen in het digitale klaslokaal. Daar staan alle belangrijke data, de eerstkomende toetsen, de planningen van spreekbeurten en boekbesprekingen, enz. Ook kunnen leerlingen je een vraag stellen of onderling met elkaar chatten. Handig voor de leraar; je kan de chatgeschiedenis bekijken. Heb je meteen een mooie aanleiding om wat aan de mediawijsheid van de kinderen te werken. Je kan er online huiswerk laten maken wat ook weer direct wordt nagekeken en beoordeeld. De kinderen kunnen hun eigen online rapport bijhouden en jij als leerkracht ook! Werkt ook heel goed om contact met de ouders te onderhouden!
Digitale rapporten:
Momenteel voer ik al mijn cijfers in op een Excel-sheet. Vervolgens laat ik Excel al mijn gemiddelden uitrekenen. Dat scheelt me een hoop rekenwerk bij het maken van de rapporten. Gelukkig zijn we nu zo ver dat het hele rapport digitaal wordt. Dus alles invoeren en de uitprinten. Dat is een stuk sneller dan zelf rekenen en schrijven. Tenminste, als je een beetje typevaardig bent.
Leer goed typen:
Alles wordt digitaal, leer dus snel typen! Ik heb geen cursus gehad, maar door het veel te doen krijg je het toch onder de knie, al is het met de verkeerde vingers op de verkeerde toetsen.
Verder:
- Werk met wiki's
- Zet zorgleerlingen achter programma's als ambrasoft en de methodegebonden software. Deze programma's zijn zelfsturend, houden het niveau van de leerlingen bij en het werkt motiverend voor de leerlingen
- Laat zwakke schrijvers de verwerking op de computer maken. Scheelt een hoop gepuzzel om te lezen wat er staat en de leerling kom je ook wat tegemoet.
- Ook de hoogvliegers kunnen hun ei kwijt op de computer. Denk aan de honderden webkwesties, webpaden, piekerpaden, enz. Daarnaast zijn er ook websites als Acadin.nl al moet je daar wel wat meer tijd in steken. De leerlingen verdiepen en jij hebt meer tijd om de zwakke broeders te helpen.
- Alle stof die geautomatiseerd moet worden kan het beste door een computer worden gedaan. Deze programma's zijn zelfregulerend. Ook de spellingproblemen AU/ OU, EI/ IJ enz. kunnen het beste op de computer verwerkt worden.
- Maar een Yurls pagina aan met de belangrijkste websites per vakgebied. Zo zorg je er automatisch voor dat kinderen niet gaan struinen op internet maar uit een aantal websites kunnen kiezen.
- er zijn nog veel meer voorbeelden te bedenken...
Maar vergeet vooral niet; de leraar is de allerbelangrijkste schakel in het geheel! Bij hem/ haar valt of staat het onderwijs!
Labels:
CITO,
digitaal toetsen,
ELO,
ICT,
mediawijsheid,
mijnklas.net,
onderwijs
zaterdag 25 december 2010
Onderwijsvernieuwing, de toekomst
Wat is voor kinderen de meest nuttige kennis, zijn de meest nuttige vaardigheden om over 20 jaar een goed bestaan op te kunnen bouwen in de maatschappij?
Als je er vanuit gaat dat de (basis)school zorgt voor het opleiden van kinderen om te kunnen overleven in de maatschappij zou bovenstaande vraag er een moeten zijn waar je je mee bezig houdt.
Wat er nu echter gebeurt is het volgende; de kleuterklassen bereiden de kinderen voor op groep 3, groep 8 bereidt de kinderen voor op de middelbare school. Het voortgezet onderwijs bereidt de kinderen voor op de vervolgopleiding. De vervolgopleiding leert de kinderen een vak waarmee geld verdient kan worden. Waarom moet je geld verdienen? Juist, om een goed bestaan op te kunnen bouwen in de maatschappij. Het gekke vind ik altijd dat bij elke schakel opgedane vaardigheden worden afgeleerd. Kleuters kunnen heel goed met weektaken werken, maar in groep 3 gaat alles klassikaal. In groep 8 heb je ze geleerd samen te werken maar op de middelbare school moet alles weer zelfstandig.
De laatste jaren keert de schakel zich om. Het voortgezet onderwijs past zich aan op het hogere onderwijs, groep 8 past zich aan aan de middelbare school. En de kleuterklassen passen zich aan op groep 3. Wat gebeurt er nu dus, juist; voorschoolse educatie.
Een vraag die bij mij altijd blijft opspelen; past de maatschappij zich aan op het onderwijs of vice versa. Oftewel; maakt de school de maatschappij, of maakt de maatschappij de school. Ik denk het laatste gezien de eeuwige achterstand van de scholen op de maatschappij. De maatschappij verandert en daar wil/ moet het onderwijs in meegaan.
Vandaar de vraag; moeten we als onderwijs niet het voortouw nemen? Hoe kunnen we als school het voortouw nemen en de kinderen opleiden tot burgers die we in 2030 nodig hebben. Tjah, dat is erg lastig. Ten eerste, we weten niet wat er te wachten staan. Ten tweede je geeft onderwijs in het jaar 2010 met de huidige waarden en normen. Wat we nu belangrijk vinden onderwijzen we de kinderen. Maar heb je je wel eens de vraag gesteld of het wel nodig is om te kunnen spellen in 2030? En rekenen? Wat te denken van alle feitenkennis zoals topografie en de bouw van planten en dieren? Is dat allemaal nog wel nodig tegen de tijd dat we in het jaar 2030 leven? Daarnaast valt er steeds meer te leren. Er worden op alle gebieden steeds meer dingen ontdekt en komt er nieuwe stof in de boeken. Denk alleen al aan de ontdekking van levensvormen op basis van arsenicum i.p.v. fosfor. Dat heb ik nooit geleerd, maar moet de huidige maatschappij er wel 'bij' leren. Er is dus meer stof om te leren. Vandaar ook weer de voorschoolse educatie. Als er steeds meer te leren valt in dezelfde periode kom je klem te zitten. Wanneer is er teveel om te leren en wat gaan we dan doen? Al in de brugklas een richting kiezen? Bijvoorbeeld biologie. Dan heb je veel meer tijd om alles wat te maken heeft met biologie te leren. Maarja, dat vergt wel weer een andere indeling van de basisschool. Ik zeg niet dat dit de oplossing is, maar probeer mensen wel aan het denken te zetten.
Wat als het over 20 jaar overbodig is om te werken omdat alles in overvloed is. Wat doe je dan? Gaan de kinderen nu niet naar school om uiteindelijk hun eigen brood te verdienen? Wat als het brood niet meer verdient hoeft te worden? Ook dit is een uiterste, maar sta er eens 2 minuten bij stil en stel het je eens voor. Dat is dan toch wel een behoorlijke schok voor het onderwijs.
Onderwijsvernieuwing start bij het loslaten van al het bestaande en bij het kijken naar de toekomst. Wat is er nodig in de toekomst om te overleven? Hoe kan het onderwijs daarop inspringen. Denk daarbij in zwart/ wit en kies uiteindelijk voor een grijze oplossing.
Dat ICT daarbij de belangrijkste rol speelt lijkt me duidelijk.
Als je er vanuit gaat dat de (basis)school zorgt voor het opleiden van kinderen om te kunnen overleven in de maatschappij zou bovenstaande vraag er een moeten zijn waar je je mee bezig houdt.
Wat er nu echter gebeurt is het volgende; de kleuterklassen bereiden de kinderen voor op groep 3, groep 8 bereidt de kinderen voor op de middelbare school. Het voortgezet onderwijs bereidt de kinderen voor op de vervolgopleiding. De vervolgopleiding leert de kinderen een vak waarmee geld verdient kan worden. Waarom moet je geld verdienen? Juist, om een goed bestaan op te kunnen bouwen in de maatschappij. Het gekke vind ik altijd dat bij elke schakel opgedane vaardigheden worden afgeleerd. Kleuters kunnen heel goed met weektaken werken, maar in groep 3 gaat alles klassikaal. In groep 8 heb je ze geleerd samen te werken maar op de middelbare school moet alles weer zelfstandig.
De laatste jaren keert de schakel zich om. Het voortgezet onderwijs past zich aan op het hogere onderwijs, groep 8 past zich aan aan de middelbare school. En de kleuterklassen passen zich aan op groep 3. Wat gebeurt er nu dus, juist; voorschoolse educatie.
Een vraag die bij mij altijd blijft opspelen; past de maatschappij zich aan op het onderwijs of vice versa. Oftewel; maakt de school de maatschappij, of maakt de maatschappij de school. Ik denk het laatste gezien de eeuwige achterstand van de scholen op de maatschappij. De maatschappij verandert en daar wil/ moet het onderwijs in meegaan.
Vandaar de vraag; moeten we als onderwijs niet het voortouw nemen? Hoe kunnen we als school het voortouw nemen en de kinderen opleiden tot burgers die we in 2030 nodig hebben. Tjah, dat is erg lastig. Ten eerste, we weten niet wat er te wachten staan. Ten tweede je geeft onderwijs in het jaar 2010 met de huidige waarden en normen. Wat we nu belangrijk vinden onderwijzen we de kinderen. Maar heb je je wel eens de vraag gesteld of het wel nodig is om te kunnen spellen in 2030? En rekenen? Wat te denken van alle feitenkennis zoals topografie en de bouw van planten en dieren? Is dat allemaal nog wel nodig tegen de tijd dat we in het jaar 2030 leven? Daarnaast valt er steeds meer te leren. Er worden op alle gebieden steeds meer dingen ontdekt en komt er nieuwe stof in de boeken. Denk alleen al aan de ontdekking van levensvormen op basis van arsenicum i.p.v. fosfor. Dat heb ik nooit geleerd, maar moet de huidige maatschappij er wel 'bij' leren. Er is dus meer stof om te leren. Vandaar ook weer de voorschoolse educatie. Als er steeds meer te leren valt in dezelfde periode kom je klem te zitten. Wanneer is er teveel om te leren en wat gaan we dan doen? Al in de brugklas een richting kiezen? Bijvoorbeeld biologie. Dan heb je veel meer tijd om alles wat te maken heeft met biologie te leren. Maarja, dat vergt wel weer een andere indeling van de basisschool. Ik zeg niet dat dit de oplossing is, maar probeer mensen wel aan het denken te zetten.
Wat als het over 20 jaar overbodig is om te werken omdat alles in overvloed is. Wat doe je dan? Gaan de kinderen nu niet naar school om uiteindelijk hun eigen brood te verdienen? Wat als het brood niet meer verdient hoeft te worden? Ook dit is een uiterste, maar sta er eens 2 minuten bij stil en stel het je eens voor. Dat is dan toch wel een behoorlijke schok voor het onderwijs.
Onderwijsvernieuwing start bij het loslaten van al het bestaande en bij het kijken naar de toekomst. Wat is er nodig in de toekomst om te overleven? Hoe kan het onderwijs daarop inspringen. Denk daarbij in zwart/ wit en kies uiteindelijk voor een grijze oplossing.
Dat ICT daarbij de belangrijkste rol speelt lijkt me duidelijk.
woensdag 22 december 2010
onderwijsvernieuwing, start met het kind
Het onderwijs vernieuwt in een razend tempo. De digitale hulpmiddelen schieten als paddenstoelen uit de grond. Gaat dat allemaal wel goed?
Als je het mij vraagt, nee het gaat niet goed. Sterker nog, het lijkt helemaal nergens op. Ik hoor teveel mensen praten over de Ipad, over digiborden en over weet ik veel wat voor hulpmiddelen er allemaal te vinden zijn. 'Moeten we de Ipad? Moeten we allemaal laptops? Een digibord is uit, we hebben nu toch echt een touchscreen nodig!'
We proberen de leerlingen op te leiden tot goede burgers in de maatschappij van de toekomst. Wat de leerlingen nu zien zijn een stel op hol geslagen volwassenen die proberen met man en macht zoveel mogelijk eentje en nulletjes de school binnen te slepen. Alles moet nu en snel allemaal met het idee om...tja welk idee eigenlijk. Dat is precies het punt, er is geen idee.
Laten we eerst een stapje teruggaan in de geschiedenis. Athene ten tijde van de klassieke oudheid. Volgens Wikipedia; Atheense ouders zochten onderwijs voor hun kinderen in drie algemene categorieën: lichaamsoefening, grammatica (het lezen en schrijven), en muziek (het kunnen bespelen van een instrument, goed kunnen acteren en dansen). Alle drie waren ze van groot praktisch nut. Goed, er wordt dus gekeken naar; wat is het praktisch nut. Die kijk is niet veranderd. Wat is praktisch om te kennen en te kunnen en hoe gaan we dat leerlingen aanleren. De vernieuwing zit hem in de manier waarop dit aangeboden wordt. Van strak klassikaal onderwijs tot het kleuren-(zoek het maar uit) orkest.
Tussen die stromingen in gaat de volwassene als een gek op zoek naar de nieuwste snufjes en technieken om die op de leerling los te laten. Maar, wat is het praktisch nut daarvan. Een lekker argument is; tjah, dit soort apparaten gaan de kinderen laten ook zien in de maatschappij, dan moeten ze er toch nu ook meer leren omgaan. Maar wat wil het feit... Ik ben 25 jaar en ben dus een digital native, nog net... Als ik echter kijk naar waar ik het mee moest doen, dan is dan niet te vergelijken met het huidige geweld aan multimedia-apparaten. In groep 8 kreeg ik de eerste computer op school te zien en niet ver daarvoor stond de eerste computer bij ons thuis. Internet was nog niet normaal en ik nam de radio op met een taperecorder om het vervolgens op mijn walkman af te spelen die in die tijd ( de brugklas ondertussen) helemaal vet was! Het vernieuwende was dat een vriend van me een walkman kocht die herkende wanneer een nummer was afgelopen. Op die manier kon je per nummer spoelen en hoefde je niet te gokken om het juiste nummer te vinden. Dit geeft weer dat ik eigenlijk ook een digital immigrant ben en toch nog helemaal up to date. Oftewel, ook al groei je niet op in een omgeving met de nieuwste snufjes, je krijgt ze toch wel onder de knie. Sterker nog, we weten niet hoe de apparaten van de toekomst eruit zien, dus kunnen we de kinderen daar ook niet op voorbereiden.
Verder, wat is nou praktisch voor de toekomst, we kennen de toekomst niet en kunnen slechts dromen van een mogelijke toekomst. Een aantal dingen zullen ongetwijfeld komen, maar hoe ziet de wereld er uit? Welk soort beroepen zijn er nodig en over welke kennis en vaardigheden moet je beschikken?
De echte onderwijsverniewing zit hem niet in apparaten aanschaffen om het huidige systeem te veraangenamen, de vernieuwing zit hem in het systeem op de schop nemen en het onderwijs radicaal te veranderen. De benodigde apparaten sluiten daar vanzelf bij aan. Ik heb er zo mijn ideeën over en blog er vast nog wel eens over.
Ondertussen daag ik iedereen uit mee te denken en het onderwijs echt te vernieuwen.
Als je het mij vraagt, nee het gaat niet goed. Sterker nog, het lijkt helemaal nergens op. Ik hoor teveel mensen praten over de Ipad, over digiborden en over weet ik veel wat voor hulpmiddelen er allemaal te vinden zijn. 'Moeten we de Ipad? Moeten we allemaal laptops? Een digibord is uit, we hebben nu toch echt een touchscreen nodig!'
We proberen de leerlingen op te leiden tot goede burgers in de maatschappij van de toekomst. Wat de leerlingen nu zien zijn een stel op hol geslagen volwassenen die proberen met man en macht zoveel mogelijk eentje en nulletjes de school binnen te slepen. Alles moet nu en snel allemaal met het idee om...tja welk idee eigenlijk. Dat is precies het punt, er is geen idee.
Laten we eerst een stapje teruggaan in de geschiedenis. Athene ten tijde van de klassieke oudheid. Volgens Wikipedia; Atheense ouders zochten onderwijs voor hun kinderen in drie algemene categorieën: lichaamsoefening, grammatica (het lezen en schrijven), en muziek (het kunnen bespelen van een instrument, goed kunnen acteren en dansen). Alle drie waren ze van groot praktisch nut. Goed, er wordt dus gekeken naar; wat is het praktisch nut. Die kijk is niet veranderd. Wat is praktisch om te kennen en te kunnen en hoe gaan we dat leerlingen aanleren. De vernieuwing zit hem in de manier waarop dit aangeboden wordt. Van strak klassikaal onderwijs tot het kleuren-(zoek het maar uit) orkest.
Tussen die stromingen in gaat de volwassene als een gek op zoek naar de nieuwste snufjes en technieken om die op de leerling los te laten. Maar, wat is het praktisch nut daarvan. Een lekker argument is; tjah, dit soort apparaten gaan de kinderen laten ook zien in de maatschappij, dan moeten ze er toch nu ook meer leren omgaan. Maar wat wil het feit... Ik ben 25 jaar en ben dus een digital native, nog net... Als ik echter kijk naar waar ik het mee moest doen, dan is dan niet te vergelijken met het huidige geweld aan multimedia-apparaten. In groep 8 kreeg ik de eerste computer op school te zien en niet ver daarvoor stond de eerste computer bij ons thuis. Internet was nog niet normaal en ik nam de radio op met een taperecorder om het vervolgens op mijn walkman af te spelen die in die tijd ( de brugklas ondertussen) helemaal vet was! Het vernieuwende was dat een vriend van me een walkman kocht die herkende wanneer een nummer was afgelopen. Op die manier kon je per nummer spoelen en hoefde je niet te gokken om het juiste nummer te vinden. Dit geeft weer dat ik eigenlijk ook een digital immigrant ben en toch nog helemaal up to date. Oftewel, ook al groei je niet op in een omgeving met de nieuwste snufjes, je krijgt ze toch wel onder de knie. Sterker nog, we weten niet hoe de apparaten van de toekomst eruit zien, dus kunnen we de kinderen daar ook niet op voorbereiden.
Verder, wat is nou praktisch voor de toekomst, we kennen de toekomst niet en kunnen slechts dromen van een mogelijke toekomst. Een aantal dingen zullen ongetwijfeld komen, maar hoe ziet de wereld er uit? Welk soort beroepen zijn er nodig en over welke kennis en vaardigheden moet je beschikken?
De echte onderwijsverniewing zit hem niet in apparaten aanschaffen om het huidige systeem te veraangenamen, de vernieuwing zit hem in het systeem op de schop nemen en het onderwijs radicaal te veranderen. De benodigde apparaten sluiten daar vanzelf bij aan. Ik heb er zo mijn ideeën over en blog er vast nog wel eens over.
Ondertussen daag ik iedereen uit mee te denken en het onderwijs echt te vernieuwen.
dinsdag 21 december 2010
MSI liefde/ laptops op het Bonhoeffer
Na veel zeuren bij m'n baas is het gelukt! Ik heb een nieuwe laptop. De MSI-wind U250 is nu mijn bezit. Nou ja, eigenlijk van school. Dus mocht er een collega een laptop nodig hebben dan kunnen ze hem gebruiken. Ik heb hem altijd mee naar huis en mee naar het werk.
Mijn liefde voor MSI startte een aantal jaar geleden; we (mijn vrouw en ik) kochten een MSI wind-U100. Een mini laptopje die het werk deed wat er van hem verwacht werd. Ik had nog nooit van het merk gehoord. Na wat google-en kwam ik erachter dat het ging om een producent van moederborden die de stoute schoenen had aangetrokken en een eigen laptop op de markt hadden gebracht. Ze hadden vast en zeker nog veel meer nevenactiviteiten, maar tot zover wist ik genoeg om op feestjes en partijen het e.e.a. te vertellen over MSI. Ook mijn baas had zichzelf ervan overtuigd dat MSI goede laptops bouwt. Hij had er persoonlijk een aangeschaft en later twee voor school. Iedere dag wisten we elkaar te vertellen dat MSI toch wel heel goede laptops maakt, alsof we elkaar toch stiekem nog een beetje moesten overtuigen. Hoe dan ook, ik ben zeer tevreden. Het werkt, het is niet duur en je hebt weer eens wat anders dan de Macbook of Dell.
Uiteraard blijft Mac onnastreefbaar als het gaat om uiterlijk en kracht, maar als de portemonnee in elkaar kruipt bij het zien van een Mac is de keuze voor een goedkoper merk snel gemaakt. Bovendien blijft de vraag; wat wil je ermee? De demo's van Macbook zijn indrukwekkend, maar ik hoef nu eenmaal niet een heel orkest op te nemen. Al ben ik wel muzikant, kun je nagaan...
Ik was laatst op het Bonhoeffer, samen met m'n baas. Wow, ik krijg toch het gevoel dat ik die man teveel zie...
In ieder geval, het Bonhoeffer college. Een middelbare school met zo'n 1400 leerlingen. Daar waren we niet toevallig, nee, er was een borrel. Op donderdagmiddag, en dat gebeurde wel vaker wisten ze ons te vertellen. Het bier stond koud en de nootjes op tafel. We werden hartelijk ontvangen door een aantal leraren die de borrel wel zagen zitten. Het doel van de middag; een kijkje nemen naar de implementatie van Macbooks op het Bonhoeffer. Daar zijn een aantal klassen zogenaamde laptopklassen. Ieder kind heeft een Macbook. Een persoonlijke Macbook. Een heuse eigen Macbook, zo in de schoot geworpen. Wij zouden wel even gaan kijken hoe ze dat gedaan hadden en hetzelfde trucje nabootsen. Maar wat blijkt; de kast waar de laptops in bewaard worden staat gelijk aan het ICT budget van de Willibrord van 5 jaar. O.K. hoe hebben ze dat geflikt. Stap 1; subsidie. Als middelbare school kun je makkelijker geld vrij krijgen bij de overheid en lokale gemeente. Gooi de woorden 'innovatie' en 'techniek' in een zin en hup, een zak met geld. Stap 2; je eigen schoolbestuur. Het Bonhoeffer telt 1400 leerlingen zoals eerder was vermeld. Dat zorgt al voor meer mogelijkheden. Heb je daarnaast je schoolbestuur ook mee dan wordt de focus gelegd op dit project en wordt er geld vrijgemaakt. Stap 3; handig boekhouden. In het basisonderwijs noodzakelijk. Ook in het middelbaar onderwijs zijn ze hier niet vies van. Het boekengeld wordt deels besteed aan de aanschaf van laptops. Stap 4; ouders. Laat ouders jaarlijks meebetalen aan de laptop. Twee jaar lang zijn de laptops in bruikleen. Na het derde en vierde jaar betalen zijn de laptops eigendom. Verhouding school- ouders= 50/50.
Het staat er heel eenvoudig, maar dit is natuurlijk het eindstation. Waar we beginnen is bij het bedenken van de inzet van laptops in de klas. Missie en visie, 4 in balans. Ook het Bonhoeffer is daarmee begonnen. Er wordt tijd vrijgemaakt voor het digitaliseren van content en het bijspijkeren van de leerkrachten. Ook dat kost geld. Een interessante uitgave van kennisnet over de kosten en baten van digitaal leermateriaal sluit daar goed bij aan.
Kortom, mijn laploploze periode is voorbij! Ik heb in de tussentijd teveel gezien en gedaan om allemaal over te schrijven en merk dat dit bericht al rommelig genoeg is! Tijd op te stoppen.
Mijn liefde voor MSI startte een aantal jaar geleden; we (mijn vrouw en ik) kochten een MSI wind-U100. Een mini laptopje die het werk deed wat er van hem verwacht werd. Ik had nog nooit van het merk gehoord. Na wat google-en kwam ik erachter dat het ging om een producent van moederborden die de stoute schoenen had aangetrokken en een eigen laptop op de markt hadden gebracht. Ze hadden vast en zeker nog veel meer nevenactiviteiten, maar tot zover wist ik genoeg om op feestjes en partijen het e.e.a. te vertellen over MSI. Ook mijn baas had zichzelf ervan overtuigd dat MSI goede laptops bouwt. Hij had er persoonlijk een aangeschaft en later twee voor school. Iedere dag wisten we elkaar te vertellen dat MSI toch wel heel goede laptops maakt, alsof we elkaar toch stiekem nog een beetje moesten overtuigen. Hoe dan ook, ik ben zeer tevreden. Het werkt, het is niet duur en je hebt weer eens wat anders dan de Macbook of Dell.
Uiteraard blijft Mac onnastreefbaar als het gaat om uiterlijk en kracht, maar als de portemonnee in elkaar kruipt bij het zien van een Mac is de keuze voor een goedkoper merk snel gemaakt. Bovendien blijft de vraag; wat wil je ermee? De demo's van Macbook zijn indrukwekkend, maar ik hoef nu eenmaal niet een heel orkest op te nemen. Al ben ik wel muzikant, kun je nagaan...
Ik was laatst op het Bonhoeffer, samen met m'n baas. Wow, ik krijg toch het gevoel dat ik die man teveel zie...
In ieder geval, het Bonhoeffer college. Een middelbare school met zo'n 1400 leerlingen. Daar waren we niet toevallig, nee, er was een borrel. Op donderdagmiddag, en dat gebeurde wel vaker wisten ze ons te vertellen. Het bier stond koud en de nootjes op tafel. We werden hartelijk ontvangen door een aantal leraren die de borrel wel zagen zitten. Het doel van de middag; een kijkje nemen naar de implementatie van Macbooks op het Bonhoeffer. Daar zijn een aantal klassen zogenaamde laptopklassen. Ieder kind heeft een Macbook. Een persoonlijke Macbook. Een heuse eigen Macbook, zo in de schoot geworpen. Wij zouden wel even gaan kijken hoe ze dat gedaan hadden en hetzelfde trucje nabootsen. Maar wat blijkt; de kast waar de laptops in bewaard worden staat gelijk aan het ICT budget van de Willibrord van 5 jaar. O.K. hoe hebben ze dat geflikt. Stap 1; subsidie. Als middelbare school kun je makkelijker geld vrij krijgen bij de overheid en lokale gemeente. Gooi de woorden 'innovatie' en 'techniek' in een zin en hup, een zak met geld. Stap 2; je eigen schoolbestuur. Het Bonhoeffer telt 1400 leerlingen zoals eerder was vermeld. Dat zorgt al voor meer mogelijkheden. Heb je daarnaast je schoolbestuur ook mee dan wordt de focus gelegd op dit project en wordt er geld vrijgemaakt. Stap 3; handig boekhouden. In het basisonderwijs noodzakelijk. Ook in het middelbaar onderwijs zijn ze hier niet vies van. Het boekengeld wordt deels besteed aan de aanschaf van laptops. Stap 4; ouders. Laat ouders jaarlijks meebetalen aan de laptop. Twee jaar lang zijn de laptops in bruikleen. Na het derde en vierde jaar betalen zijn de laptops eigendom. Verhouding school- ouders= 50/50.
Het staat er heel eenvoudig, maar dit is natuurlijk het eindstation. Waar we beginnen is bij het bedenken van de inzet van laptops in de klas. Missie en visie, 4 in balans. Ook het Bonhoeffer is daarmee begonnen. Er wordt tijd vrijgemaakt voor het digitaliseren van content en het bijspijkeren van de leerkrachten. Ook dat kost geld. Een interessante uitgave van kennisnet over de kosten en baten van digitaal leermateriaal sluit daar goed bij aan.
Kortom, mijn laploploze periode is voorbij! Ik heb in de tussentijd teveel gezien en gedaan om allemaal over te schrijven en merk dat dit bericht al rommelig genoeg is! Tijd op te stoppen.
Abonneren op:
Posts (Atom)